Telefoons in de klas. Hoe dan? Bas Bernaards, 24 september 20183 februari 2024 Één voor één strompelen de leerlingen het lokaal binnen. Sommigen checken nog even Instagram, anderen sturen snel een Whatsappje en tenslotte zijn er altijd wel leerlingen die hun muziek zó hard luisteren dat je het door de oortjes heen verstaat: allemaal hebben ze gemeen dat ze hun smartphone vastklampen. Begin deze maand verscheen bij de NOS een artikel over een school in Frankrijk, waarbij een algemeen verbod geldt op mobieltjes. Je telefoon bij hebben is een eigen keuze, maar gedurende de hele dag, ook in de pauze, is het apparaat verboden binnen de muren van de school. De leerlingen reageerde in het artikel wisselend, van enthousiastelingen die plotseling gingen voetballen tot rebelse durvers die de maatregel weglachten. Foto: William Stitt Het artikel zette mij wederom aan het denken. Want hoe pak ik dit eigenlijk aan in mijn klaslokaal? Scholen hebben vaak zelden een algemene regel; veelal is het aan de docenten zélf om te bepalen hoe er met mobiel gebruik wordt omgesprongen. Als hulpmiddel bij het maken van mijn keuze heb ik sinds afgelopen week een zak met allerlei vakjes, ook wel ‘’telefoonhotel’’ genoemd, in mijn lokaal hangen. Dat dit pas in de 4e week wordt geïntroduceerd in plaats van leerlingen hier direct vanaf dag één van het schooljaar op te wijzen, leggen we even terzijde. De vraag is of je het wilt gaan gebruiken? Natuurlijk is het ontzettend handig. Ze stoppen er allemaal hun device in weg, je kunt zo zien wie er nog ontbreekt én ze zijn buiten hun bereik. Zo vermijd je het ‘even casual onder tafel iets versturen’. Ze hebben meer oog voor de docent en letten beter op (toch?). Het afleidingsmonster is getemd, hoera! Tegelijkertijd vraag ik mij echter af of dit wel helemaal eerlijk is. Misschien dat hun ouders mopperen dat ze ermee vergroeid zijn, maar de waarheid is nu eenmaal dat de huidige jeugd volledig afhankelijk is van hun smartphone. Sociale contacten onderhouden, je mail lezen of zelfs het rooster bekijken: het loopt allemaal via dat ding. Is het dus wel terecht dat je, al dan niet tijdelijk, zo’n deel van hun leven even afneemt? Of doen we, misschien zeker voor de bovenbouw, een beroep op de zelfstandigheid en verantwoordelijkheid van de leerlingen? Je kan immers nog steeds sancties eraan verbinden: oordeel jij als docent dat het overmatig wordt gebruikt (of bijvoorbeeld als je iets aan het uitleggen bent), kunnen ze uiteraard alsnog worden ingenomen. Of juist andersom, door de leerlingen te belonen voor hun goede gedrag kan tijdens zelfstandig werk matig gebruik worden toegestaan. Zelden een klas zo goed en rustig zien werken als een waarbij ze allemaal oortjes in hebben. De conclusie van het verhaal is dat ik het helemaal niet weet; sterker nog, volgens mij heeft niemand de wijsheid in pacht. Het is daarbij wél verstandig hier als docent wellicht nogmaals over na te denken: volg je nu gewoon blind het gebruikelijk beleid of is er actief over nagedacht? Dus help me een beetje op weg: willen we deze jongvolwassen een stukje tegemoet komen of willen we juist die irritante stoorzenders censureren? maatschappijleer.net