Burgerschap Stef van der Linden, 27 augustus 20189 februari 2024 Maatschappijleer kan best wel wat meer burgerschap gebruiken. Ik behoorde altijd tot het rijtje leraren maatschappijleer die steeds wanneer burgerschap op de agenda werd gezet denkt dat deze onderwerpen al voldoende geborgd zijn binnen ons vak. Dus, hoezo burgerschap? Geef maatschappijleer gewoon meer uren als ze dat zo belangrijk vinden. Ik voelde me eigenlijk te goed voor burgerschap: een beetje leerlingen indoctrineren met de boodschap van de staat. Maatschappijleer leidt op tot kritische burgers, niet tot modelburgers. Toch zou ik me ook gepasseerd voelen wanneer een ander vak er mee aan de haal zou gaan. Een gemiddelde leraar maatschappijleer heeft een gezonde kritische houding. Een overheid die ons verplicht Nederlandse ‘normen en waarden’ over te brengen, staat haaks op waar maatschappijleer voor staat. Maar zolang maatschappijleer “hard to get” speelt, schieten we in onze eigen voet en gaat burgerschap straks volledig aan maatschappijleer voorbij. We hebben het zelf zover laten komen. We hebben onszelf in deze spagaat gebracht. Ik ben geen voorstander van opgelegd onderwijs, maar eerlijk is eerlijk, maatschappijleer kan best wel wat meer burgerschap gebruiken. De overheid wil respect voor de Westerse samenleving en burgers die zich voor Nederland inzetten. Dat moet burgerschap gaan brengen en daar ben ik het eigenlijk gewoon mee eens. Bij maatschappijleer willen we graag vertellen hoe het moet. Dat we met een open blik naar de samenleving kijken, dat we verdraagzaam naar elkaar moeten zijn en dat we gebruik moeten maken van de mogelijkheden die de democratie ons biedt. We proberen leerlingen te laten nadenken, argumenten te bedenken en ze bij te brengen dat er overal over gesproken kan worden. De leraar is hierbij de neutrale partij, die de klas spiegelt. Maar burgerschap is niet neutraal. Burgerschap zegt dat Westerse vrijheden een groot goed zijn en dat onze democratie en rechtsstaat de pijlers zijn waarop wij een welvarend en gelukkig land zijn. Ik zing niet graag het Wilhelmus, maar ik ben wel trots op de vrijheid die wij hebben, trots op onze grondrechten en trots op de diversiteit aan partijen in de Tweede Kamer. Dat mogen we best uitdragen. Laten we komend schooljaar eens wat minder neutraal zijn. Uitdragen dat onze samenleving alleen standhoudt wanneer je vrijheid niet alleen gebruikt om jouw cultuur uit te oefenen, maar ook zorgt dat andere culturen hier vrij hun gang kunnen gaan en ziet dat dat Nederland mooi maakt. Burgerschap dus. Deze column verscheen eerder in het vakblad maatschappij & politiek. Columns M&P